University of Twente Student Theses
Prestatiebeloning in Twente; Een toepassing van de agency theorie
Bruin, Arthur de (2006) Prestatiebeloning in Twente; Een toepassing van de agency theorie.
PDF
119kB |
Abstract: | In dit artikel wordt een onderzoek besproken naar de condities waarin prestatiebeloning wordt toegepast binnen dertien Twentse organisaties. Aan de hand van de agency theorie is getracht een verklarend kader te scheppen voor het toepassen van prestatiebeloning door een organisatie. Met het in kaart brengen van verklarende factoren hoopt dit onderzoek een bijdrage te kunnen leveren aan de wetenschappelijke theorievorming omtrent effectiviteit en effecten van prestatiebeloning. Vanuit de agency theorie van Eisenhardt (1989) is verondersteld dat prestatiebeloning een belangrijke rol kan spelen bij het reguleren van gedrag van medewerkers indien het gewenste gedrag van medewerkers niet transparant, of niet in lijn met de organisatiedoelen is. Daarom is met behulp van een onderzoeksvraag onderzocht in hoeverre baantransparantie en consensus met de organisatiedoelen een verband hebben met het toepassen van prestatiebeloning. Daarnaast is nagegaan of deze twee factoren invloed hebben op de mate waarin ervaren wordt dat een leidinggevende een medewerker realistisch beoordeeld. Uitkomsten van een steekproef van 110 medewerkers laten zien dat de financiële of niet-financiële beloning uitgekeerd aan individuen de meest voorkomende vorm van prestatiebeloning is en dat aandelen, opties, winstdeling en stock appreciation rights veel minder worden toegepast. De toetsing van de agency theorie door middel van regressieanalyses leverde conform de verwachtingen empirisch bewijs voor het belang van baantransparantie en doelconsensus voor waargenomen realistische beoordelingen. De uitkomsten lieten ook zien dat, zoals was voorspeld, de baantransparantie significant negatief was gerelateerd aan het toepassen van prestatiebeloning. Ook doelconsensus was significant gecorreleerd met het toepassen van prestatiebeloning, maar in tegenstelling tot de hypothese was dit verband positief. Uit deze resultaten blijkt dat de agency theorie een interessante mogelijkheid levert om het toepassen van prestatiebeloning in een verklarend raamwerk te kunnen plaatsen. In dit artikel is beargumenteerd dat een leidinggevende prestatiebeloning kan gebruiken om agents binnen de organisatie te controleren. Uit de resultaten van het onderzoek kan worden geconcludeerd dat zowel de factoren baantransparantie als doelconsensus een verklaring bieden voor het toepassen van prestatiebeloning door organisaties. Daarnaast laten de uitkomsten zien dat beide factoren ook de mate van realisme waarmee een leidinggevende gedrag beoordeeld beïnvloeden. Dit artikel laat beoefenaars van SHRM in de praktijk zien wat het belang is van de relatie tussen leidinggevende en medewerker. Leidinggevende binnen organisaties worden aanbevolen om niet alleen duidelijk te zijn in de soort van contracts die zij aangaan met ondergeschikten, maar ook om de evaluatiecriteria van deze contracts helder te bespreken |
Item Type: | Essay (Bachelor) |
Faculty: | BMS: Behavioural, Management and Social Sciences |
Subject: | 77 psychology |
Programme: | Psychology BSc (56604) |
Link to this item: | https://purl.utwente.nl/essays/58749 |
Export this item as: | BibTeX EndNote HTML Citation Reference Manager |
Repository Staff Only: item control page