University of Twente Student Theses

Login

Verschillende wegen, dezelfde bestemming - Hoe behoeften bij slachtoffers en daders deelname aan bemiddeling voorspellen

Kipppers, Leonie (2013) Verschillende wegen, dezelfde bestemming - Hoe behoeften bij slachtoffers en daders deelname aan bemiddeling voorspellen.

[img] PDF
2MB
Abstract:Deze masterthese betreft een onderzoek naar de voorspellers van slachtoffer-daderbemiddeling. Volgens Shnabel en Nadler (2008) hebben slachtoffers en daders verschillende behoeften ten opzichte van verzoening. In dit onderzoek is geanalyseerd of het ‘Needs-Based Model of Reconciliation’ (Shnabel & Nadler, 2008) ook van toepassing is op slachtoffer-daderbemiddeling. Uit onze resultaten blijkt dat dit model vooral betrekking heeft op daders en gedeeltelijk op slachtoffers. Zowel slachtoffers als daders hebben daarnaast ook andere behoeften die als voorspeller dienen van deelname aan slachtoffer-daderbemiddeling. Slachtoffers die een hoge mate van leed ervaren, hebben vaker een sterker gevoel van controleverlies dan slachtoffers die in mindere mate leed ervaren. Daarnaast kan worden aangetoond dat slachtoffers die na een misdrijf sterke contactbehoeften hebben daarom vaker bereid zijn om deel te nemen aan slachtoffer-daderbemiddeling. Er is geen direct verband tussen de behoefte van het slachtoffer aan herstel van controle en deelname aan slachoffer-daderbemiddeling, zoals in het ‘Needs-Based Model of Reconciliation’ wel opgaat voor verzoening. Wanneer we inzoomen op daders, blijkt dat zij een laag publiek moraal zelfbeeld en een sterker gevoel van sociale uitsluiting kunnen hebben na een misdrijf. Hierdoor kunnen daders een sterke behoefte hebben om hun beweegredenen uit te leggen, excuus aan te bieden en het slachtoffer te ‘helpen’. Daders met deze behoeften zijn vaker bereid deel te nemen aan slachtoffer-daderbemiddeling. Dit is in lijn met het ‘Needs-Based Model of Reconciliation’ waarbij het herstel van zelfbeeld en sociale acceptatie van invloed zijn op verzoening. Sommige daders hebben een hechte binding met mensen in hun omgeving. Wanneer deze omgeving het begaan van het misdrijf negatief beoordeelt hebben deze daders een grotere bereidheid voor deelname aan slachtoffer-daderbemiddeling. Het is mogelijk om het bemiddelingsproces na de strafzitting af te ronden. Daders voor wie dit opgaat zijn eerder bereid om mee te werken vanuit een gevoel van spijt en willen zelf graag deelnemen. Bovendien nemen zij minder sterk deel vanuit een gevoel van verplichting met als doel om strafvermindering te krijgen. Dit zijn motieven die voor daders een rol kunnen spelen bij slachtoffer-daderbemiddeling. Deze emoties, behoeften en motieven zijn opgenomen in verschillende modellen die de route naar bemiddeling voor zowel slachtoffers als daders beschrijven.
Item Type:Essay (Master)
Faculty:BMS: Behavioural, Management and Social Sciences
Subject:77 psychology
Programme:Psychology MSc (66604)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/63240
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page