Het vermogen om te winnen
Gerritsma, I., Sniekers, T., Sark, E. van (2013)
Dit verslag is geschreven naar aanleiding van een vraagstuk van het Solar Team. Het Solar Team
Twente heeft het doel om de World Solar Challenge te winnen. Ze ontwerpen en bouwen een
zonne-auto om het parcours door Australië af te leggen. Deze zonne-auto ontvangt energie met
behulp van zonnecellen. Echter, de capaciteit van de accu is beperkt. Daarom moet er efficiënt met
de energie omgegaan worden. Daarentegen moet ook een race gewonnen worden, dus de snelheid
moet hoog liggen. Het is voor het opstellen van een goede strategie tijdens de race van belang om
te weten hoeveel vermogen (en dus energie) geleverd moet worden om met een bepaalde snelheid
te rijden. Ons doel van het onderzoek is het ontwikkelen van een methode die, uit een ruwe dataset
van de snelheden ten op zichte van de tijd, een zo nauwkeurig mogelijk verband vindt voor het
vermogen bij een bepaalde snelheid.
Om dit vraagstuk op te kunnen lossen kijken we eerst naar de theorie. Er bestaan formules
voor de krachten die op een (personen)auto werken, waaruit een verband voor het vermogen bij
een snelheid kan worden afgeleid. Uit eerder onderzoek is gebleken dat, door de specifieke karaktereigenschappen
van de zonne-auto, de formules niet direct toepasbaar zijn. We hebben daarom
de formules niet direct toegepast, maar als leidraad gebruikt. We hebben alle constantes in de
theoretische formule samengenomen. Hierdoor kunnen we ons probleem specifieker formuleren:
we zoeken een polynoom die het verband tussen versnelling en snelheid representeert.
De twee datasets die we ontvangen om het verband te bepalen zijn afkomstig van uitroltests
van de testauto, mock-up genoemd. De data zet de snelheid tegen de tijd uit. Echter door
meetonnauwkeurigheden is deze data niet meteen bruikbaar, maar zullen we deze gladder moeten
maken. Hierna willen we uit de gesmoothde snelheden de versnellingen bepalen. Als we de
versnellingen hebben bepaald, kunnen we een polynoom vinden voor de versnelling afhankelijk
van de snelheid. Ons proces ziet er als volgt uit. Voor het eerste blok, smoothing, hebben we twee methodes getest: het Nearest-neighbor smoothen
en de Savitzky-Golay methode. Voor het tweede blok hebben we vier methodes ontwikkeld.
Dit zijn twee numerieke methodes, A en B, een analytische methode en een toepassing van de
Savitzky-Golay methode. Deze methodes hebben we met elkaar vergeleken en getest. Voor het
bepalen van het polynoom gebruiken we lineaire regressie met als schatter de kleinste kwadraten
schatter.
We hebben in eerste instantie de methodes vergeleken en de aannames gecontroleerd. Hiervoor
hebben we de metingen van de eerste dataset van een uitroltest van de mock-up gebruikt. Uit
het vergelijken van de vier methodes in combinatie met het smoothen volgt dat de verschillende
methodes verschillende polynomen vinden. Om te bepalen welke methode het beste is hebben
we een programma geschreven aan de hand van een bekend verband. Dit programma genereert
meetwaarden aan de hand van het verband waar een normaalverdeelde fout bij op wordt geteld.
Vervolgens hebben we gekeken welke methode het beste in staat is om uit deze datapunten het
bekende verband terug te vinden. Het blijkt dat de Savitzky-Golay methode het gezochte verband
exact terugvindt en daarom concluderen we dat dit de methode is die we moeten gebruiken om
datapunten te smoothen en de versnellingen te bepalen. We zullen met behulp van de bepaalde
versnellingen een verband voor de snelheid tegen de versnelling moeten vinden. Uit de literatuur
blijkt dat lineaire regressie met als schatter de kleinste kwadratenschatter hiervoor de beste methode
is. Onze uiteindelijke methode wordt als volgt weergeven. Uiteindelijk wordt de ontwikkelde methode uitgevoerd op de tweede dataset van de mock-up.
Deze dataset bestaat wederom uit snelheidsmetingen tijdens een uitroltest. Het gevonden verband
ziet er als volgt uit.
P(v) = 11,96v + 3,22v2 + 0,23v3:
Dit verband hebben we besproken met het Solar Team Twente en zij veronderstelden dat de orde
van grootte van de coëfficiënten realistisch was.
Om te bepalen hoeveel data er nodig is om een betrouwbaar verband te krijgen hebben we op
de tweede dataset een gevoeligheidsanalyse toegepast. Het blijkt dat bij gegevens van 6 uitroltest,
met 80% van de datapunten eenzelfde verband gevonden wordt als bij alle datapunten. Ook blijkt
dat dit verband een willekeurige 20% van de datapunten nog steeds goed beschrijft. Ook merken
we op dat metingen bij de hoogste en laagste waarde van de snelheid grote invloed hebben op
het verband dat gevonden wordt. Een laag aantal ritten is dus voldoende, maar hierbij is het van
belang een zo groot mogelijk interval aan snelheden mee te nemen.
De conclusie is dat we aan de hand van uitroltests van de mock-up een methode hebben ontwikkeld
die uit een ruwe dataset een goed verband vindt voor het vermogen bij een bepaalde
snelheid. Dit gebeurt door de Savitzky-Golay methode te gebruiken om uit ruwe datapunten voor
de snelheid meteen bruikbare datapunten voor de versnelling te verkrijgen. Met deze datapunten
vinden we door gebruik te maken van lineaire regressie met de kleinste kwadraten schatter het
verband. Onze methode kan echter meer dan dat. Op datasets die het Solar Team zal verkrijgen
met de zonne-auto, zal onze methode toepasbaar zijn om een goed verband te krijgen. Ook als
de snelheden veel hoger liggen dan de snelheden waar we nu mee hebben gewerkt en zelfs als het
gevonden verband, zoals het Solar Team verwacht, afwijkt van de theorie zal het verband als goed
moeten worden beschouwd. Ook zal het mogelijk zijn de wind als variabele mee te nemen, ondanks
dat wij de wind als constant hebben beschouwd.
Tenslotte hebben we in het statistisch computerprogramma SPSS een syntax gemaakt, waarmee
het Solar Team met enkele drukken op de knop het gewenste verband zal vinden. We hebben in
een korte handleiding geschreven hoe wij SPSS en Matlab in ons onderzoek hebben gebruikt.
Bacheloropdracht_Het_vermogen_om_te_winnen.pdf