University of Twente Student Theses

Login

E-MOVO 'De samenhang van opleidingsniveau en etniciteit met het gezondheidsgedrag van jongeren in Twente'

Jong, Marina Greet de and Reijerink, Kaylee (2014) E-MOVO 'De samenhang van opleidingsniveau en etniciteit met het gezondheidsgedrag van jongeren in Twente'.

[img] PDF
738kB
Abstract:In opdracht van de GGD regio Twente is de bacheloropdracht uitgevoerd. De bacheloropdracht is tot stand gekomen naar aanleiding van het E-­‐MOVO onderzoek. E-­‐MOVO (Elektronische Monitor en Voorlichting) is een landelijk onderzoek naar de leefstijl, de gezondheid, het welzijn en de schoolbeleving van jongeren uit klas twee en vier van het voortgezet onderwijs. E-­‐MOVO wordt in meerdere regio’s in Nederland uitgevoerd door de GGD. De GGD brengt met behulp van E-­‐ MOVO het gezondheidsgedrag van jongeren in kaart en kan hierdoor adviezen geven op het gebied van collectieve preventie. E-­‐MOVO is uitgevoerd in 2003, 2007 en 2011. In 2011 hebben in Twente 9360 jongeren meegewerkt aan het E-­‐MOVO onderzoek door een online vragenlijst van 154 vragen in te vullen. Met behulp van de E-­‐MOVO gegevens uit 2011, uitgevoerd in de regio Twente, zijn twee onderwerpen onderzocht. In het eerste deel van het onderzoek is onderzocht of vmbo-­‐t beter past bij vmbo-­‐overig (alle vmbo-­‐niveaus met uitzondering van vmbo-­‐t) of bij havo/vwo. De aanleiding van het eerste onderwerp is de vraag vanuit de GGD, of de wijze waarop onderscheid wordt gemaakt tussen opleidingsniveaus (vmbo versus havo/vwo) nog ‘up to date’ is, omdat verscheidende middelbare scholen aangeven dat vmbo-­‐t en havo/vwo leerlingen veel overeenkomsten vertonen. Daarnaast zal in de toekomst opnieuw een E-­‐MOVO onderzoek worden uitgevoerd en is deze informatie relevant om te weten. In het tweede deel van het onderzoek is gekeken naar de samenhang van etniciteit met het gezondheidsgedrag van jongeren. De aanleiding van het tweede onderwerp is de vraag vanuit de GGD, of het (nog) relevant is om naar de herkomst van jongeren en ouders te vragen in het toekomstige E-­‐MOVO onderzoek. Om te onderzoeken of vmbo-­‐t beter past bij vmbo-­‐overig of bij havo/vwo zijn twee groepen met elkaar vergeleken, namelijk de huidige groepsindeling, waarbij vmbo-­‐overig en vmbo-­‐t zijn samengevoegd, en de nieuwe groepsindeling (vmbo-­‐overig) waarbij de vmbo-­‐t groep is ‘verwijderd’ uit de groep. Om te onderzoeken of etniciteit invloed heeft op het gezondheidsgedrag van jongeren zijn autochtonen/westerse allochtonen vergeleken met niet-­‐ westerse allochtonen en zijn eerste generatie niet-­‐westerse allochtonen vergeleken met tweede generatie niet westerse allochtonen. Er is gebruik gemaakt van kwantitatief onderzoek. Het kwantitatieve onderzoek krijgt vorm door de gestructureerde E-­‐MOVO vragenlijst, die door scholieren in de regio Twente is ingevuld. De GGD was verantwoordelijk voor de werving van de scholen. Een database, waarin alle gegevens van 2011 staan weergegeven, is gebruikt voor de analyse van de gegevens. Pagina 5 van 52 Uit de gegevens van het E-­‐MOVO onderzoek, uitgevoerd door de GGD regio Twente in 2011, blijkt dat er (kleine) verschillen bestaan tussen de huidige groepsindeling en de nieuwe groepsindeling. De verschillen bestaan zowel bij de leefstijl, de gezondheid, het welzijn en de schoolbeleving, waarbij de gemiddelde leerling uit de huidige groepsindeling over het algemeen beter scoort op gezondheidsgedrag. Dit houdt in dat vmbo-­‐t leerlingen zich ’gezonder’ gedragen. De verschillen tussen beide groepen zijn echter zeer klein en dat betekent dat het gezondheidsgedrag van vmbo-­‐t leerlingen nagenoeg overeenkomt met dat van vmbo-­‐overig leerlingen. Wanneer gekeken wordt naar etniciteit blijkt dat er verschillen zijn tussen zowel de Nederlandse/westerse groep en niet-­‐westerse groep als tussen de eerste en tweede generatie niet-­‐westerse allochtonen. Zowel bij gezondheid, welzijn als bij schoolbeleving kan het gedrag van de autochtonen/westerse allochtonen bij de meeste onderzochte variabelen als beter worden bestempeld. Van de eerste generatie en tweede generatie niet-­‐westerse allochtonen scoort de tweede generatie bij de meeste onderzochte variabelen beter. Dat de tweede generatie vaker een positievere uitkomst heeft houdt in dat de tweede generatie niet-­‐westerse allochtonen meer lijkt op autochtonen/westerse allochtonen dan de eerste generatie. Dit zou mogelijk verklaard kunnen worden doordat zij langer in Nederland wonen. Uit het eerste deel van het onderzoek kan worden geconcludeerd dat er verschillen bestaan tussen de leerlingen uit de huidige groepsindeling (vmbo-­‐overig met vmbo-­‐t) en leerlingen uit de nieuwe groepsindeling (vmbo-­‐overig). Echter zijn deze verschillen dermate klein dat zij niet veelzeggend zijn. Dit betekent dat vmbo-­‐t leerlingen overeenkomsten vertonen met vmbo-­‐overig leerlingen. Aan de hand van deze resultaten willen wij aan de GGD regio Twente aanbevelen in de toekomst de huidige groepsindeling, namelijk vmbo (vmbo-­‐overig met vmbo-­‐t) versus havo/vwo te blijven hanteren. Uit het tweede deel van het onderzoek kan worden geconcludeerd dat er ook ‘grote’ verschillen bestaan tussen zowel Nederlanders/westerse allochtonen en niet-­‐westerse allochtonen als tussen eerste generatie en tweede generatie niet westerse allochtonen. Het is daarom relevant om zowel naar de herkomst van jongeren als de herkomst van de ouders te vragen in (het) toekomstige E-­‐MOVO onderzoek(en).
Item Type:Essay (Bachelor)
Clients:
GGD, Enschede, Nederland
Faculty:BMS: Behavioural, Management and Social Sciences
Subject:01 general works
Programme:Health Sciences BSc (56553)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/66135
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page