University of Twente Student Theses
Deventer Lab: een verbinding tussen creativiteit en kunde. Een verkennend onderzoek naar aanleiding van het Maastricht Lab
Perton, P.F. (2015) Deventer Lab: een verbinding tussen creativiteit en kunde. Een verkennend onderzoek naar aanleiding van het Maastricht Lab.
PDF
1MB |
Abstract: | en stadslab is een platform waarbij een netwerk word gelegd tussen verschillende partijen om kennis over stedelijke ontwikkeling te delen. Gebiedsgebruikers kunnen een project aandragen bij dit platform, waarna samen met deskundigen wordt gekeken naar een geschikte uitwerking. De gebiedsgebruiker wordt dan een initiatiefnemer en tevens projectleider van zijn eigen idee. Het stadslab biedt de initiatiefnemer hulp door zijn opgedane kennis ter beschikking te stellen. Maastricht heeft - net als een aantal andere steden - een stadslab opgericht om de samenwerking met (deels) nieuwe partners en initiatiefnemers te stimuleren. Het Maastricht Lab experimenteert met nieuwe stadsontwikkeling aan de hand van concrete, fysieke projecten in de stad. Het Maastricht Lab is hierbij betrokken als adviseur, verbinder of partner. Het Maastricht Lab is opgezet in vijf stappen, die na een bepaalde tijd worden herhaald. De vijf stappen zijn voortgekomen uit een literatuuronderzoek en zijn voorgelegd aan de huidige drie kernpartners van het Maastricht Lab. De feedback van de kernpartners op het opzetten van het Maastricht Lab is verwerkt tot een nieuw stappenplan voor de opzet van een algemeen stadslab. De vijf stappen zijn als volgt te benoemen: stap 1: een kans/probleem definiëren, stap 2: de benodigde middelen verzamelen, stap 3: het stadslab implementeren, stap 4: het huidige stadslab evalueren, stap 5: het huidige concept vernieuwen of verbeteren. Er zijn in totaal acht succesfactoren te onderscheiden die aan het succes van het Maastricht Lab hebben bijgedragen. Deze acht succesfactoren kunnen worden onderverdeeld in tastbare succesfactoren (TS); TS1: eigen locatie, TS2: twee kernpartners (markt en gemeente), TS3: kennis bijhouden en TS4: eigen identiteit en immateriële succesfactoren (IMS); IMS1: doelgroep bereiken, IMS2: bestuurlijke rugdekking hebben, IMS3: duidelijke organisatiestructuur ontwikkelen en IMS4: ruimte voor overleg scheppen. De succesfactoren hebben één belangrijke overeenkomst. Deze overeenkomst is dat het erg belangrijk is dat een stadslab een onderscheidende identiteit heeft. De rest van de succesfactoren zijn hieraan gekoppeld. De verschillen tussen de gemeente Maastricht en de gemeente Deventer zijn niet groot. Wel is het leegstandsprobleem van kantoorvastgoed groter in de gemeente Deventer dan in de gemeente Maastricht. De vraag naar een structurele oplossing voor Deventer is dan ook erg groot. Door deze geringe verschillen is het mogelijk om grotendeels de succesfactoren en de opzet van het Maastricht Lab over te nemen. Er zijn slechts enkele aanpassingen nodig. De acht succesfactoren zullen moeten worden meegenomen in zowel de opzet van het Deventer Lab als in de verdere uitwerking ervan. Deze succesfactoren zullen bijdragen aan de mate van succes van het Deventer Lab. Daarnaast is het belangrijk dat er overeenstemming is tussen de partijen over hoe het Deventer Lab te werk zal gaan. Het is aan te raden om de opzet van het Deventer Lab te voltooien met de vier genoemde partijen: SOM=, Studio Groen + Schild, Architectuurcentrum Rondeel en de gemeente Deventer. Na de opzet is het aan te raden de betrokkenen partijen uit te breiden, zodat er een zo groot mogelijk netwerk ontstaat. Hoe groter een netwerk, hoe eenvoudiger het is om projecten te koppelen aan een partij met meer kennis en ervaring op een bepaald gebied. De aanbeveling van dit onderzoek is om alle genoemde zaken, zowel het volgen van het stappenplan, het meenemen van de succesfactoren als het overnemen van de taakverdeling op te volgen om ervan verzekerd te zijn dat de opzet van het Deventer Lab zo optimaal en efficiënt mogelijk wordt uitgevoerd. Het is aan te raden om nader onderzoek te doen naar de behoefte aan een stadslab in Deventer. Daarnaast is het van belang dat er onderzoek wordt gedaan naar andere potentiële partijen die mee willen werken aan het Deventer Lab. Het is aan te raden beide aanvullende onderzoeken te verrichten alvorens te beginnen aan de realisatie van het Deventer Lab. |
Item Type: | Essay (Bachelor) |
Faculty: | ET: Engineering Technology |
Subject: | 56 civil engineering |
Programme: | Civil Engineering BSc (56952) |
Link to this item: | https://purl.utwente.nl/essays/68449 |
Export this item as: | BibTeX EndNote HTML Citation Reference Manager |
Repository Staff Only: item control page