University of Twente Student Theses

Login

Contractbeheersing op maat : contractmanagement bij geintegreerde projecten van lagere overheden

Peters, M. (2017) Contractbeheersing op maat : contractmanagement bij geintegreerde projecten van lagere overheden.

[img] PDF
946kB
Abstract:Deze scriptie gaat in op de onderzoeksvraag hoe risicogestuurde contractbeheersing kan worden toegepast bij geïntegreerde projecten van lagere overheden, zoals gemeentes en provincies. Deze onderzoeksvraag komt vanuit Wagemaker. Wagemaker is een bedrijf die onder andere de contractbeheersing doet bij Rijkswaterstaat en lagere overheden. Om tot het antwoord van de onderzoeksvraag te komen is er een viertal casestudies gedaan. Van de onderzochte vier casestudies zijn er twee projecten van een provincie en twee projecten van Rijkswaterstaat. Tegenwoordig komen geïntegreerde projecten geregeld voor in Nederland bij projecten van zowel Rijkswaterstaat als lagere overheden. Geïntegreerde contracten zijn contracten waarbij de opdrachtnemer naast de uitvoering ook (gedeeltelijk) het ontwerp en soms ook het onderhoud of financiering op zich neemt. Rijkswaterstaat heeft een methode ontworpen waarbij de opdrachtgever gebruik maakt van het kwaliteitsmanagementsysteem van de opdrachtnemer voor de beheersing van een contract, genaamd Systeemgerichte Contractbeheersing (SCB). Bij SCB wordt er door een mix van toetsen gecontroleerd of de risico’s beheerst zijn en of de opdrachtnemer aan het contract houdt. Deze methode past volgens Wagemaker niet bij de projecten van lagere overheden. Er is dus vraag vanuit Wagemaker voor een dergelijke methode die wel passend is voor projecten van een lagere overheid. Om contractbeheersing op maat voor de projecten van lagere overheden te ontwikkelen, zijn er twee doelen opgesteld: 1. In kaart brengen van risico’s en beheersmaatregelen 2. Ontwerpen van een generieke effectieve methode voor contractbeheersing gebaseerd op risico’s van geïntegreerde projecten van lagere overheden Als eerste zijn de risico’s uit de risicoregisters van de desbetreffende projecten gehaald en in een groot overzicht verwerkt met bijbehorende beheersmaatregelen. Vervolgens zijn deze risico’s met elkaar vergeleken. Naast de inventarisatie van de risico’s is er gekeken naar de contractbeheersing bij de vier casestudies. Dit is onderzocht door het afnemen van interviews en het onderzoeken van diverse dossiers van de desbetreffende projecten. Het begrip risico’s staat centraal in dit onderzoek en de gebruikte definitie is: ‘Een onzekerheid dat gevolgen heeft wanneer het gebeurt voor één of meer projectonderdelen.’ De verschillen in de geïdentificeerde risico’s bij de onderzochte projecten komen voornamelijk voort uit de context. Bij een project waar verkeer een rol speelt zijn er veel risico’s met betrekking tot de maatschappij en omgeving en bij een project met beweegbare delen zoals een sluis zijn er veel risico’s met betrekking tot de installaties. Afhankelijk van de soorten werkzaamheden worden de risico’s opgesteld. SCB maakt gebruik van toetsen waarbij de opdrachtnemer aantoont de risico’s goed beheerst te hebben en te voldoen aan de eisen zoals opgesteld is binnen het contract. Uit de casestudies is bevestigd dat SCB niet past bij de kleine projecten van lagere overheden. Hiervoor zijn 4 hoofdredenen: 1. Toetscyclus past niet bij doorlooptijd van kleine projecten 2. Lokale aannemers zijn niet bezig met intern kwaliteitsmanagementsysteem en processen 3. Goed proces is geen garantie voor een goed product 4. Afwezigheid van betrokkenheid door alle leden van het projectteam Daarnaast kan er met SCB in huidige vorm niet tijdig worden bijgestuurd wanneer er veel onverwachte gebeurtenissen plaatsvinden. Concluderend is het van groot belang dat er veel overleg is tussen de opdrachtnemer en opdrachtgever.Wanneer er een combinatie van overleg en toetsing is, waarbij de cyclus niet te lang is, kan het contract goed beheerst worden bij projecten van lagere overheden. Hiervoor is Interactiegerichte Contractbeheersing (ICB) ontworpen. De ICB-cyclus is te zien in Figuur 1. Als eerste wordt het probleem of risico geïdentificeerd. Vervolgens vindt er een risicogestuurd overleg plaats waarbij de opdrachtgever probleempunten en risico’s kan aankaarten en kan de opdrachtnemer beheersmaatregelen presenteren. Wanneer er onvoldoende is aangetoond of de risico’s goed beheerst zijn kan er een toets worden afgenomen. De laatste stap in de cyclus is monitoren en reviewen waarbij de opdrachtgever kan bekijken of de maatregelen ook worden uitgevoerd en werken naar behoren. Wanneer dat niet het geval is, is er een probleem geïdentificeerd en kan de cyclus weer worden doorlopen.
Item Type:Essay (Bachelor)
Faculty:ET: Engineering Technology
Subject:56 civil engineering
Programme:Civil Engineering BSc (56952)
Link to this item:https://purl.utwente.nl/essays/74036
Export this item as:BibTeX
EndNote
HTML Citation
Reference Manager

 

Repository Staff Only: item control page