University of Twente Student Theses
Stabiliteitsbeoordeling van de IJsseldijk ter plaatse van dijkwoningen
Wevers, H.J. (2020) Stabiliteitsbeoordeling van de IJsseldijk ter plaatse van dijkwoningen.
PDF
7MB |
Abstract: | Beheerders van primaire waterkeringen zijn verplicht om eens in de twaalf jaar te beoordelen of hun waterkeringen voldoen aan de huidige veiligheidsnorm. Het beoordelen van de veiligheid wordt uitgevoerd in verschillende beoordelingsrondes, die zijn vastgelegd in een wettelijk instrumentarium. De huidige beoordelingsronde is op 1 januari 2017 van start gegaan in het kader van het nieuwe Wettelijk BeoordelingsInstrumentarium (WBI 2017) met nieuwe veiligheidsnormen. Waterschap Vallei en Veluwe werkt momenteel aan de veiligheidsbeoordeling van dijktraject 52-2. Dit dijktraject is gelegen aan de westzijde van de IJssel en kenmerkt zich onder andere door de aanwezigheid van dijkwoningen. Dijkwoningen vallen binnen het WBI onder het type bebouwing van de Niet-Waterkerende Objecten (NWO's), dit zijn objecten in of op een waterkering zonder waterkerende functie. Een NWO is een indirect faalmechanisme, het falen van zo een object leidt niet direct tot falen van de waterkering maar kan de kans op een eventueel vervolgmechanisme wel versterken. Dat vervolgmechanisme is in dit onderzoek de macrostabiliteit binnenwaarts (STBI). Binnen het WBI 2017 is er een toetsspoor opgenomen die de invloed van NWO-bebouwing op directe faalmechanismen beoordeeld. Dit toetsspoor omvat de eenvoudige toets en de toets op maat, terwijl de gedetailleerde toets ontbreekt. Hierdoor is het onmogelijk om voor elke dijkwoning een toetsoordeel te vellen zonder daarbij maatwerk te hoeven verrichten. Veel waterschappen, waaronder ook waterschap Vallei en Veluwe, worstelen daarom met de vraag hoe dijkwoningen meegenomen kunnen worden in de veiligheidsbeoordeling op trajectniveau. Op 1 januari 2023 dienen namelijk alle dijktrajecten volgens de nieuwe veiligheidsnormering beoordeeld te zijn. Er is daarom vraag naar een efficiëntere beoordeling van de invloed van dijkwoningen op de veiligheid van dijken. In dit onderzoek is een eenvoudig toepasbare methode ontwikkeld die het mogelijk maakt om de binnenwaartse macrostabiliteit van dijktraject 52-2 ter plaatse van dijkwoningen te beoordelen. Allereerst is er een pilotstabiliteitsbeoordeling uitgevoerd met de toets op maat voor bebouwing van één maatgevende dijkwoninglocatie (IJsseldijk 45), hierin zijn variaties in eigenschappen inzichtelijk gemaakt middels een uitgebreide gevoeligheidsanalyse. In vrijwel alle gevallen is de faalkans van de maatgevende dijkwoninglocatie verwaarloosbaar klein. Op basis van de gevallen waarbij de dijkwoning wel tot een verhoogde faalkans van de dijk heeft geleid, is een vertaalslag gemaakt naar een methode door het opstellen van toepassingsvoorwaarden waarvoor het toetsoordeel van de maatgevende dijkwoninglocatie ook geldt voor andere dijkwoninglocaties: - De geometrie van de dijk bij een andere dijkwoninglocatie beschikt over meer sterkte; - Het overslagdebiet ter plaatse van de dijkwoninglocatie is niet groter dan 0,1 l/m/s; - Als een dijkwoning op de binnenkruin staat, moet er minimaal 10 meter kruinbreedte overblijven. Wanneer de kruinbreedte echter gelijk is aan 10 meter: o Is het eigen gewicht van een dijkwoning zonder kelder niet groter dan 20 kN/m2 , o Of heeft een dijkwoning een maximale kelderdiepte van 3,15 meter onder de kruin. Voldoet een andere dijkwoninglocatie binnen dijktraject 52-2 aan deze toepassingsvoorwaarden, dan is de faalkans verwaarloosbaar klein. Voldoet een dijkwoninglocatie niet aan deze toepassingsvoorwaarden, dan kan vervolgens dezelfde methode voor de toets op maat worden doorlopen om tot een toetsoordeel te komen. Voor het toepassen van de eenvoudig toepasbare methode bij andere dijktrajecten wordt aanbevolen om eerst de maatgevende dijkwoninglocatie te bepalen en de huidige methodologie te volgen om vervolgens nieuwe toepassingsvoorwaarden op te stellen. De resultaten van de pilotstabiliteitsbeoordeling in dit rapport zijn namelijk gebaseerd op maatgevende eigenschappen die binnen dijktraject 52-2 voorkomen en zijn daarom niet generiek toepasbaar op elk dijktraject. |
Item Type: | Essay (Bachelor) |
Faculty: | ET: Engineering Technology |
Subject: | 56 civil engineering |
Programme: | Civil Engineering BSc (56952) |
Link to this item: | https://purl.utwente.nl/essays/80594 |
Export this item as: | BibTeX EndNote HTML Citation Reference Manager |
Repository Staff Only: item control page